Je boek is een visitekaartje van je kunnen. Daarom is het een eerste vereiste dat je boek voldoende interessant is. Je onderwerp zal een bepaalde groep mensen aanspreken, maar vervolgens dienen ze wel geboeid te blijven. Je boek dient je ondernemersdoelen immers niet als mensen het boek na 10 bladzijden wegleggen en het vervolgens vergeten. Je boek moet de lezer dus gaan boeien en diens aandacht en tijd blijven vasthouden. Dat doel bereik je door je onderwerp goed af te bakenen en door een spanningsboog aan te brengen in je betoog.
Afbakenen
In het artikel over ideeën voor je boek, gaven we al aan dat je onderwerp niet te groot mag zijn, maar ook niet te klein. In het eerste geval dreigt namelijk het gevaar dat je binnen de omvang van een boek zoveel hebt te behandelen, dat je erg aan de oppervlakte blijft. In het tweede geval ga je je boek al snel vullen met teveel voorbeelden en met teveel herhalingen. Zowel voorbeelden als herhalingen zijn weliswaar nodig, maar wel gedoseerd. Teveel voorbeelden en herhalingen zijn dodelijk voor de interesse van je lezer. Ook een te oppervlakkige behandeling van een grote hoeveelheid materie werkt niet, omdat het onderwerp dan te weinig gaat leven voor je lezer. De reikwijdte van je onderwerp moet dus afgestemd zijn op de omvang van het boek dat je voor ogen staat. Of dat nu 60 pagina’s of 240 pagina’s is. De balans moet kloppen.
Spanningsboog
Ook de spanningsboog in je boek is van groot belang voor de leesbaarheid en daarmee voor de perceptie van de kwaliteit van het boek. Bij een thriller snapt iedereen dat een boek moet worden opgebouwd. Bij non-fictie lijkt men dit nog wel eens te vergeten, maar geldt hetzelfde. Ik gebruik vaak de metafoor van een brug: deze brengt je van de ene naar de andere oever, bestaat uit voldoende pijlers om de brug te steunen en kent een bepaalde hellingsgraad die je ook nog eens beloont met een fraai uitzicht. Voor je non-fictie boek is de opbouw van je betoog essentieel voor deze spanningsboog en het vasthouden van de aandacht. Je begint rustig door het probleem te schetsen en te laten zien dat jij weet wat er speelt. Vervolgens komen alle pijlers van jouw brug gedoseerd voorbij, waardoor de lezer het gevoel houdt dat de andere oever steeds dichterbij komt. En dan is het zover, met enig trompetgeschal mag de lezer vieren dat de bestemming bereikt is. Hij/zij heeft nu alle elementen van de oplossing van het probleem in handen en de schrijver van het boek viert dat met de lezer. Dat smaakt naar meer…