Eén van de grootste uitdagingen die je tegenkomt als je een boek wilt schrijven, is dat je tijd moet vinden om ook echt aan de slag te gaan. Veel boeken blijven in een ideeënfase steken, omdat het schrijven naast je reguliere werk teveel gevraagd is of lijkt. Niet verwonderlijk. Als zelfstandige moet je al zoveel zaken in goede banen leiden, dat je overal te weinig tijd voor hebt. Zeker voor een boek.
Toch kun je daar wel iets op vinden. Met een uitgekiend schrijfschema dat bij jou en je werkzaamheden past, lukt het je wel. In onze praktijk zien we ondernemers dat tijdgebrek op verschillende manieren te lijf gaan. Maar al die varianten zijn te herleiden tot drie oplossingen: de schrijfexplosie, de schrijfserie en de langzaam-maar-zeker methode.
1. De schrijfexplosie
Bij de schrijfexplosie bereid je het eigenlijke schrijfwerk eerst tot in de puntjes voor. Daarna ga je in één afgebakende periode van bijvoorbeeld twee weken intensief aan de slag en doe je niets anders dan schrijven, schrijven, schrijven. Een goede voorbereiding is bij dit schrijfschema cruciaal. Anders kun je niet inschatten hoeveel dagen je nodig hebt en moet je het schrijven regelmatig onderbreken voor bijvoorbeeld indelingsvraagstukken of research. Op basis van een gedetailleerde inhoudsopgave beslis je hoeveel tekst je per dag gaat schrijven. Ook is het van belang dat je alle research hebt gedaan en je feiten, cijfers en bronnen paraat hebt. Ondernemers die kiezen voor een schrijfexplosie, kiezen er vaak voor om dat op een andere plek te doen. Ze huren bijvoorbeeld een huisje of boeken een all-inclusive verblijf.
2. De schrijfserie
Bij de schrijfserie plan je een serie aan dagen en dagdelen in. Per week kijk je of je een hele of halve dag kunt vrijmaken om te schrijven. Je kunt het schrijven in dat geval afwisselen met research en de druk op je schrijfprestaties is minder hoog. Het nadeel van dit schrijfschema is dat je minder snel vordert en dat je mogelijk in de verleiding komt om andere werkzaamheden alsnog voor te laten gaan. Je hebt veelal ook minder zicht op een datum waarop een eerste versie van je manuscript gereed is.
3. De langzaam-maar-zeker methode
Bij de langzaam-maar-zeker methode begin of eindig je elke dag met een uur schrijven. Doel is om in dat uur een vast aantal woorden te schrijven. Ben je een vlotte schrijver en zit je hele verhaal al goed in je hoofd, dan is 1000 woorden haalbaar in dat uur. Vind je het lastig om je gedachten aan het papier toe te vertrouwen, dan zou je je op 600 woorden per uur kunnen richten. Zo schrijf je 3000 tot 5000 woorden per week. Een gemiddeld boek telt 70.000 tot 90.000 woorden en 50.000 woorden is wel een ondergrens om ‘body’ te kunnen bieden. Je ziet dat je met dit schrijfschema in 3 tot 6 maanden schrijven ook je boek kunt afronden.
Zelf heb ik voor de langzaam-maar-zeker methode gekozen. Elke ochtend begint met een uur of 1000 woorden schrijven. Door bij de start van de werkdag alleen Word aan te zetten, weet ik zeker dat ik me niet af laat leiden door al die dingen die ook aandacht vragen. En het geeft mij rust om te weten dat ik rond 10 uur alsnog aan de andere klussen kan beginnen. Maar iedereen is anders en vaak is het ook een kwestie van uitproberen wat het best bevalt. Je hoeft de methoden ook niet strikt te scheiden, je kunt ze ook combineren, mits je daardoor niet uit je ritme raakt.